zaterdag 20 februari 2010

Vijfsterrenrestaurant

Ik vind het niet zo heel erg dat aan de winter een eind begint te komen. Het is wel mooi geweest. Twee en een halve maand niet tennissen of voetballen maakt stram en lui. De decemberkilo’s zijn er nog niet af (de vraag is of dat nog gaat lukken) en het zomerbruin is verbleekt, wat ook niet bevorderlijk is voor het zelfvertrouwen. Lange dagen op de bureaustoel en, nu de hond er niet meer is, ook al geen verplichte dagelijkse wandelingen meer. Kortom, er moet weer wat gebeuren.

Wat wel jammer is, dat er met de winter waarschijnlijk ook een eind komt aan het frequent bezochte vijfsterrenrestaurant in onze achtertuin. Nog niet eerder hebben we zoveel verschillende gasten aan tafel gehad. Ik herinner me dat ik in de derde klas elk jaar in de winter een biologieles moest geven (les 4, ‘biologie in onderwerp en opdracht’) over de kramsvogel. Ik had toen ik daar voor het eerst over las, nog nooit van een kramsvogel gehoord, laat staan dat ik er ooit een gezien had. Deze winter is er op een ochtend een grote groep in de achtertuin neergestreken om zich tegoed te doen aan al de uitgestalde lekkernijen. En hoewel een kramsvogel niet de mooiste vogel van ons land is, vonden G. en ik het toch heel speciaal om ze in onze tuin hun bivak op te zien slaan (al was het maar voor een uurtje).

We werden bijna een beetje blasé van al de pimpel-, kool- en staartmezen, alle vinken, groenlingen, merels, mussen, roodborsten en duiven die elke ochtend weer terugkeerden naar de pinda’s , zaden en vetbollen, toen er vorige week ineens drie oranje vuurballetjes in een van de bomen zaten. Vanuit de verte leken het roodborstjes, maar na bestudering met de verrekijker en vergelijking met het vogelboek kwamen we tot de conclusie dat dit goudvinken moesten zijn. Wederom een primeur. Tegelijkertijd zagen we dat er alweer nestkastinspectie plaatsvond en dat de ingangen van die kasten met de snavels werden verbreed. En toen we ’s middags tijdens een wandeling door het bos ook nog eens tussen de kale takken een hevig hakkende specht ontwaarden, kon onze dag niet meer stuk.

Ach, het zijn misschien kleine dingen - de val van het kabinet is een stuk belangwekkender - maar dit soort belevenissen geven de dag kleur, en dat is na zoveel grijs en wit een welkome afwisseling.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten