zondag 25 juli 2010

Willem Breuker

Aanvankelijk dacht ik dat er bij het journaal een vergissing was gemaakt. Bij het bericht over de dood van Willem Breuker werd een foto getoond van een man die Willem Breuker niet kon zijn. In mijn herinnering was Breuker een voorbeeld van Hollands welvaren. Een dikke brutale kop, waarvan je de schijt aan het muziekestablishment kon aflezen, een kop van een levensgenieter, die ongetwijfeld regelmatig tot diep in de nacht met zijn muziekmaten in de kroeg zat en plannen maakte voor nieuwe composities of arrangementen.
De hologige, magere man van de journaalfoto herkende ik nog steeds niet toen die de volgende ochtend ook in de krant verscheen. Toen ik las over zijn levertransplantatie en de longkanker waaraan hij is gestorven, realiseerde ik me dat het hem wel moest zijn. En pas nadat ik het filmpje op de website van BVHaast, waarop een sterk vermagerde Breuker een interview geeft, had bekeken, raakte ik een beetje gewend aan zijn nieuwe uiterlijk.

Ik heb me altijd een beetje verwant gevoeld met Willem Breuker en zijn muziek. Uiteraard was zijn collectief een veel beter geschoold orkest dan mijn Oerkest indertijd, maar het repertoire dat we speelden, vertoonde veel overeenkomsten. Als mensen me vroegen wat voor muziek Oerkest speelde, moest ik het antwoord altijd schuldig blijven. Op een bepaald moment viel de term 'eclectisch', wat zoiets zou kunnen betekenen als een combinatie van stijlen. Dat dekte inderdaad de lading wel een beetje.
Breuker en de zijnen spraken liever over 'mooiste mensenmuziek' en in die term kan ik me goed vinden. Een ratjetoe van stijlen, zonder de wat platte bijklank van het woord ratjetoe.
Ik herinner me dat ik Willem Breuker een keer een brief heb geschreven met het verzoek of hij wat materiaal voor me had. Ik kende hem natuurlijk niet persoonlijk, maar schijnbaar was hij gecharmeerd van het Oerkestconcept en hij stuurde me dan ook volledig koste- en belangeloos een tweetal partituren op. Een van die twee stukken heb ik hergearrangeerd en veelvuldig gespeeld met Oerkest: Dance of the Knights uit Romeo en Julia van Prokovjev. Aan het andere stuk, Francois le Marin, zijn we helaas nooit toegekomen.
Zo'n man was het dus blijkbaar. Hij had een missie: mooie muziek hoorbaar maken voor de gewone man, met toeters en bellen, maar dan zonder toeters en bellen als het ware.

Ook de manier waarop Breuker zijn stukken namen gaf, kwam overeen met de mijne. Geen titels als 'etude' of 'concert voor ...' maar 'de ziekte van Parkinson' of 'my baby has gone to the schouwburg', zoals ik mijn stukken bijvoorbeeld 'een koude start' of 'allemaal het water uit en aankleden! noemde.

De workshoporkesten - en dat zijn er heel wat in Nederland - zijn veel dank aan hem verschuldigd. De muzieksien zal hem node missen. En al is mijn orkesttijd waarschijnlijk ook voorgoed verleden tijd, ik zal dat ook.

www.bvhaast.nl

Geen opmerkingen:

Een reactie posten